Blijkbaar was Granada een hot topic, want er hebben al heel wat mensen gevraagd naar hoe het er geweest is. Welnu, aanhoort hier mijn verhaal!
Vrijdagochtend was het verzamelen geblazen aan de Plaza de España om met z'n zevenen aan te zetten richting Zuiden. We wisten dat we richting Granada zouden gaan en daarna zouden we wel zien. Het begon alvast goed. 't Was de eerste keer dat ik met de auto knal door centrum-Madrid reed, echt wel de moeite om de stad zo eens vanuit een ander perspectief te zien. De kleine mijmering over hoe mooi Madrid toch steeds weer blijkt te zijn maakte al snel plaats voor totale verwondering bij het binnenrijden van Andalucia. Spanjes uiterste zuiden waar appelsienen en olijven groeien. Waar bergen vlakbij de zee liggen en waar de wegaanduidingen tweetalig Spaans/Arabisch zijn. Zalig! Tegen de avond kwamen we aan in Granada, waar we met een aantal mensen zouden logeren bij Kiliane, een mede-Erasmusstudente in Leuven die helaas Madrid aan zich liet voorbijgaan en in de plaats voor Granada koos. Later bleek dat ook die keuze zeer de moeite waard is. Door wat misverstanden en communicatiestoornissen waren we eerst bijna aan ons lot overgelaten in deze Granaatappel-stad, ware het niet dat we elkaar dan gewoon op straat tegen het lijf liepen. Na wat ongelovige kreten en "als dit geen toeval is!", troonde ze ons mee naar - jawel - een Belgische bar alwaar ik - jawel - een Stella Artois gedronken heb. En het smaakte! De volgende ochtend dan begonnen we aan de stadsverkenning, waarbij het Albaicín (het best bewaard gebleven Arabische stadsdeel van Europa) en het Alhambra niet mochten ontbreken. Impresssie van Granada? Soms ontroerend mooi, helaas niet alles gezien en ik geraak hopelijk nog eens tot daar. Dat laatste zou geen probleem mogen vormen, aangezien de mevrouwtjes-met-palmtakjes (we schrijven 24 november 2007. "Palmtakjes?" aldus één van mijn reisgenoten. "Is het al Palmzondag?") mij alsmaar mijn toekomst probeerden te voorspellen om mij te verzekeren dat ik lang zou leven en gelukkig zou zijn.
Na Granada ging het (na lang over-en-weer gepraat waar nu naartoe zouden gaan) terug de auto in richting Malaga. Malaga! U vindt er: zee. strand. plaatstelijk nachtleven. Dat is het ongeveer. Impressie? warm (zonder jas onbijten op het strand) maar voor de rest niet bijster de moeite. Oké, misschien ontvallen deze niet al te positieve uitspraken mij omdat ik ziek was toen. Vrij ellendig, we hadden geen jeugdherberg die nacht, sliepen met zeven in de auto en ik was ziek. Bah. En misschien wordt mijn mening omtrent Malaga ook wel lichtjes beïnvloed door het feit dat het hier was dat de batterij van onze auto het liet afweten en dat de wegenwacht ons uit de penarie moest komen helpen. Na dit oord van verdoemenis eindelijk dan toch, zij het met een paar uur vertraging en met een nieuwe auto, verlaten te hebben, ging het verder langs de kustlijn richting... Gibraltar. "Buenos dias, pasaportes por favor". "Hello, can I see your passports please?" We staken zowaar de grens over en reden Engeland binnen! Als niet al te best geïnformeerde toeristen, die uiteraard wel wisten dat Gibraltar al sinds 1704 Engels grondgebied is maar daar tot nu totaal niet over hadden nagedacht, kwam het hele gebeuren lichtjes bevreemdend over. Engelse naamstraten, betalen in Pound Sterling, agenten die net uit Londen lijken weggelopen en bovenal... De kitcherige Engelse straatverlichting! Als je tegen iemand opbotste klonk er niet zoals normaal in Spanje het geval is, het mopperige "Disculpa me" maar wel het o zo herkenbare Engelse "I'm sorry" (dient uitgesproken te worden in een over-the-top Britse tongval) Naast al dit Britse geweld was er ook de beroemde Rock of Gibraltar, die we als echte avonturiers bedwongen met een fiske wandeling. Buiten adem werd mijn adem daarop ook nog eens benomen door het voor de eerste keer in mijn nog jonge leven zicht op een ander continent. Afrika! Ik kon het bijna ruiken - ware het niet dat mijn neus nog verstopt zat door de naweeën van mijn ziek-zijn. Zeer tevreden vatten we de terugtocht aan. Niemand van ons had echt zin om het mooie weer en het vakantiegevoel op te geven maar de auto moest nu eenmaal terug binnen voor tien uur 's avonds. Oeps, dat halen we niet meer. Dus ging het langs Sevilla en Cordoba, zonder tussenstop in één trek tot in de hoofdstad. Als je tenminste de rookpauze die mijn verslaafde reisgenoten elk uur eisten niet meerekent. Na ook hier weer een kleine vertraging kwamen we om één uur 's nachts terug aan in onze thuis-stad. De teller gaf 1520 km aan.
Het was me het tripje wel. Heel veel gereden, heel veel gezien. Maar ik heb er enorm van genoten! Veel tijd om te bekomen van alle impressies was er niet want de volgende dag klopte er alweer bezoek aan. Hanne Valckenaers, om u te dienen. Of ze mij vijf dagen gezelschap mocht houden? Natuurlijk, zeer welgekomen. Rol u matras maar uit en ik zal u mijn stad eens laten zien. Verslag daarover hoort u later. Nu is het eerst tijd voor wat beeldmateriaal. Geniet ervan, ik heb dat ook gedaan.
HerlindeGranada. Zicht op het Alhambra
Alhambra Alhambra. Zicht op Granada Tussenstop in Marokkaanse bar. Reisgenoten met waterpijp, na het verorberen van de koeskoes. Gibaltar, alwaar er apen zaten. Dit exemplaar stal net een koek van een toerist en bedenkt nu hoe het ding open te krijgen
Gibraltar. Betoverend mooi
26 november en zonder trui
Afrika! (strook land aan de horizon) 1520 km gereden. En raad eens wie er tot co-piloot/kaartlezer gebombardeerd werd? Moi!